Advocaten / Avocats / Lawyers

Home>Tiberghien - Financial Institutions

Toon items op tag: Financial Institutions

Begin november 2020 heeft de Ministerraad een voorontwerp van wet goedgekeurd waarbij een jaarlijkse taks op de effectenrekeningen ingevoerd wordt in het Wetboek diverse rechten en taksen. Het voorontwerp werd ondertussen naar de Raad van State verzonden.

Het toepassingsgebied van de nieuwe taks is opmerkelijk ruimer dan het toepassingsgebied van de taks op de effectenrekeningen die op 17 oktober 2019 vernietigd werd door het Grondwettelijk Hof. Zo viseert de nieuwe taks niet enkel natuurlijke personen maar ook rechtspersonen en oprichters van juridische constructies. Ook het materieel toepassingsgebied wordt aanzienlijk uitgebreid. (zie hier)

Een gevolg daarvan is dat ook vennootschappen onder de nieuwe taks op de effectenrekeningen vallen. Een vrijstelling ratione personae wordt echter voorzien voor effectenrekeningen die aangehouden worden door een aantal rechtspersonen.. Meer specifiek is taks onder meer niet van toepassing op effectenrekeningen die “uitsluitend voor eigen rekening worden aangehouden” door bepaalde financiële ondernemingen. Hierbij wordt verwezen naar de  lijst van financiële ondernemingen zoals opgesomd in artikel 198/1, §6, 1° tot en met 12° WIB92. Het betreft onder meer de kredietinstellingen, de verzekeringsondernemingen en de ICB’s (zowel de alternatieve ICB’s als de ICB’s die voldoen aan de voorwaarden van Richtlijn 2009/65/EG). Verder in de tekst wordt via een verwijzing naar de kaaimantaks-regels een bijkomende vrijstelling voor bepaalde ICB’s voorzien, met een uitzondering voor de fonds dédié-compartimenten , die terug uitgesloten worden van de “vrijstelling ratione personae”. Op deze bepaling van het ontwerp gaan wij thans niet verder in.

Voor wat betreft de “verzekeringsondernemingen” wordt verwezen naar de definitie zoals vervat in de wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen. Onder deze wet wordt het begrip “verzekeringsonderneming” gedefinieerd als een onderneming die voor eigen rekening het verzekeringsbedrijf uitoefent, namelijk het bedrijf dat bestaat in het sluiten van verzekeringsovereenkomsten of het uitvoeren van verzekeringsverrichtingen.

Zoals hierboven aangehaald, voorziet het wetsontwerp in een vrijstelling van de taks voor zover de effectenrekening “uitsluitend voor eigen rekening wordt aangehouden” door (bijvoorbeeld) de verzekeringsonderneming.   De memorie van toelichting verduidelijkt echt niet wat precies bedoeld wordt met “aanhouden voor eigen rekening”.  Wel wordt voorzien in een voorbeeld met betrekking tot effectenportefeuilles die worden aangehouden door verzekeringsinstellingen in het kader van met een verzekeringnemer afgesloten Tak 23-verzekeringen. Volgens de memorie van toelichting vallen Tak 23-verzekeringen wél onder de toepassing van de taks, aangezien het aanhouden van een portefeuille middels een Tak 23-verzekering en een er achterliggende effectenrekening een volledig substituut uitmaakt voor een direct aangehouden effectenrekening.

Hoewel het voorontwerp niet uitdrukkelijk verwijst naar Tak 23 – levensverzekeringen, lijkt de wetgever de bedoeling te hebben deze levensverzekeringen dus wel te viseren. Wij gaan thans niet in op de problematiek van de Tak 23 – verzekeringen.

In geen geval kan het voorbeeld van de memorie van toelichting inzake Tak 23-verzekeringen worden doorgetrokken worden naar levensverzekering van het type Tak 21. Een Tak 21-verzekering voorziet immers naast een kapitaalgarantie dat de gestorte premies (na aftrek van kosten) teruggekregen worden, ook in een gewaarborgd rendement. De verzekeringsonderneming heeft bijgevolg een resultaatverbintenis ten opzichte van de verzekerde. Het is dan ook de verzekeringsmaatschappij – en niet de verzekerde – die het risico draagt van de investeringen die gedaan worden met de premies ontvangen onder een Tak 21-verzekering. De “dekkingswaarden” van een tak 21 verzekeringspolis zijn m.a.w. beleggingen die een verzekeringsmaatschappij “voor eigen rekening” doet.  

Aangezien de Tak 21- verzekerde / verzekeringsnemer niet de juridische eigenaar is van de achterliggende effectenrekeningen,  en evenmin enig risico draagt, kan het aanhouden van een portefeuille middels een Tak 21-verzekering , in geen geval beschouwd worden als “een volledig substituut voor een direct aangehouden effectenrekening”. De verzekeringsonderneming houdt de effectenrekening dus aan voor eigen rekening daar zij wél de juridische eigenaar is én de risico’s draagt van de waarde-schommelingen waaraan de effectenrekening onderhevig is (eventuele negatieve waardeschommelingen doen immers geen afbreuk aan de garanties die door de verzekeraar werden gedaan bij het afsluiten van de overeenkomst).

 

Christophe Coudron - Counsel (christophe.coudron@tiberghien.com)

Anouk Van der Mast - Associate (anouk.vandermast@tiberghien.com)

Gepubliceerd in News

De ‘DBI-BEVEK’ kent nog altijd veel belangstelling omdat het een fiscaal interessant beleggingsproduct is voor vennootschappen. Steeds vaker wordt er ook zo’n fonds gelanceerd voor Belgische vaste inrichtingen van buitenlandse banken om zich zo ook beter te manifesteren op de Belgische markt van de KMO’s en hun bedrijfsleiders.

Het komt erop aan dat het fonds zoveel mogelijk belegt in ‘goede aandelen’ die recht geven op DBI-aftrek. In die optiek is het aangewezen om te beleggen in beursgenoteerde aandelen.

Sommige van de beurzen zijn echter niet gemakkelijk toegankelijk, zelfs niet voor een DBI-fonds. Wij denken hier bijvoorbeeld aan de beurzen van Zuid-Korea, India, Taiwan,….

Via American Depositary Receipts (ADR) en Global Depositary Receipts (GDR) kan het fonds ook (indirect) investeren in interessante hoogtechnologische bedrijven waarvan de aandelen zelf genoteerd staan op deze minder toegankelijke beurzen, waaronder bijvoorbeeld Samsung Electronics (Zuid-Korea), Infosys (India), Taiwan Semiconductor (Taiwan) en dit zonder afstraffing van de DBI-gerechtigde inkomsten. 

Recente rulings bevestigen dit principe, alsook de voorwaarden die in acht genomen moeten worden voor de transparantie naar het onderliggend aandeel en het behoud van recht op DBI-aftrek op de inkomsten en meerwaarden daarvan.

De rulingcommissie levert hierover geen algemene rulings maar wel beslissingen met betrekking tot bij ISINcode gepreciseerde effecten. Dit veronderstelt telkens een analyse en aanvraag op maat.

Gepubliceerd in Publications

Volgens de huidige regelgeving (artikel 127 W.DRT.) zijn financiële tussenpersonen gehouden om verrichtingen op effecten die onderworpen zijn aan beurstaks te bevestigen met een borderel.

Gepubliceerd in News
dinsdag, 13 augustus 2019 09:46

Anouk Van der Mast

Anouk studeerde in 2012 af als Master in de Rechten aan de KU Leuven. In 2013 behaalde zij een Master na Master in het Fiscaal Recht, eveneens aan de KU Leuven.

 

Zij startte haar loopbaan als belastingadviseur bij EY FSO waarna zij terugkeerde naar de universiteit om zich toe te leggen op wetenschappelijk onderzoek naar belastinghiaten in ontwikkelingslanden.

 

Sinds juni 2019 is zij ingeschreven aan de Balie te Brussel waarbij zij Tiberghien Advocaten vervoegd heeft.

 
Gepubliceerd in Senior Associate

De minister van Financiën heeft recent een belangrijke precisering aangebracht bij het toepassingsgebied van de heffing op het sparen (artikel 19bis WIB 92), ook Reynderstaks genoemd. Bepaalde alternatieve instellingen voor collectieve belegging blijven erbuiten als hun beleggingen illiquide en niet verhandelbaar zijn, althans in de mate dat de rechten van deelneming voor 1.1.2018 verworven werden. Door de aard van de onderliggende beleggingen hadden zij nooit een ‘ICBE’ kunnen worden. Dit is bijvoorbeeld het geval voor een SICAV-SIF die o.m. in mezzanine leningen van niet –beursgenoteerde ondernemingen investeert, ook al zijn dit schuldvorderingen die meer dan 25 % van het actief van de SICAV-SIF vertegenwoordigen.

Lees hier meer over dit onderwerp in het artikel ‘Heffing op sparen’ en rechten verworven vóór 2018: minister corrigeert fiscus'. Een artikel dat verscheen in Fiscoloog, nr. 1605, 27 maart 2019

Gepubliceerd in Publications

Bij arrest van 28 februari 2019 heeft het Grondwettelijk Hof het vernietigingsberoep afgewezen dat beroepsvereniging Assuralia had ingesteld tegen de (nieuwe) Vlaamse regelgeving in de erfbelasting inzake de verzekeringsgift.1

Gepubliceerd in News

Beter laat dan nooit, werd in het Belgisch Staatsblad van 9 november 2018 het koninklijk besluit van 4 november 2018 gepubliceerd dat handelt over de aangifte, de betaling en enkele bijkomende maatregelen met betrekking tot de taks op de effectenrekeningen (TER).

Momenteel zijn de meeste Belgische banken bezig met het inzamelen van antwoorden van klanten die al dan niet willen kiezen voor de opt-in van hun effectenrekening voor de betaling van deze taks.

De taks voor de eerste normale referentieperiode van 10 maart tot en met 30 september 2018 dient door de Belgische financiële instellingen uiterlijk op 20 december van dit jaar betaald te worden aan de schatkist.

Gepubliceerd in News

In diverse eerdere nieuwsbrieven hebben we reeds bericht over de saga van de invoering van het optionele btw-stelsel voor onroerende verhuur. In maart dit jaar is er binnen de regering een princiepsakkoord bereikt over de invoering van dit optionele stelsel. Op dat ogenblik waren de krijtlijnen van de nieuwe regeling min of meer duidelijk. Na het advies van de Raad van State werden de ontwerpteksten evenwel nog op een aantal belangrijke punten aangepast, met name op het vlak van de toepassing in de tijd, de omschrijving van het begrip opslagruimte en de kortstondige verhuur. De nieuwe regels zouden in werking treden op 1 januari 2019, maar de bouwwerken mogen reeds van start gaan op 1 oktober 2018.

Gepubliceerd in News

Het ontwerp van Programmawet dat op dit ogenblik in de Kamer behandeld wordt, voorziet niet enkel in een verlaging van de drempel vanaf wanneer de 'heffing op het sparen' van toepassing is. Het voert ook een terminologische wijziging door, die tot gevolg heeft dat de eerder door de Administratie vooropgestelde uitbreiding van de geviseerde fondsen nu een wettelijke basis krijgt (Parl.St. Kamer 2017-18, nr. 54-2746/001; zie reeds kort, Fisc., nr. 1536 , p. 2).

Gepubliceerd in Publications
Pagina 2 van 4
Tiberghien Brussels

Tour & Taxis

Havenlaan|Avenue du Port 86C B.419
BE-1000 Brussels

T +32 2 773 40 00

F +32 2 773 40 55

info@tiberghien.com

Tiberghien Antwerp

Grotesteenweg 214 B.4
BE-2600 Antwerp

T +32 3 443 20 00

F +32 3 443 20 20

info@tiberghien.com

Tiberghien Ghent

Esplanade Oscar Van de Voorde 1
BE-9000 Gent

T +32 9 216 18 00

info@tiberghien.com

Tiberghien Hasselt

Torenplein 7 B13.1
BE-3500 Hasselt

T +32 11 57 00 13

info@tiberghien.com

Tiberghien Luxembourg

23, Boulevard Joseph II
LU-1840 Luxembourg

T +352 27 47 51 11

F +352 28 66 96 58

info@tiberghien.com