Advocaten / Avocats / Lawyers

Home>Publications>Doctoraat Rik Smet - “The making of” dubbelbelastingverdragen in België. Goed geregeld?

woensdag, 21 oktober 2020

Doctoraat Rik Smet - “The making of” dubbelbelastingverdragen in België. Goed geregeld?

Dat België een ruim netwerk aan dubbelbelastingverdragen heeft, zal de Belgische economie en de Belgische belastingplichtige verheugen. Ieder nieuw dubbelbelastingverdrag is een welgekomen aanwinst. Maar reden tot gejuich is er pas als het ook effectief in werking treedt. En dat duurt door de band genomen meerdere jaren. Waarom is dat, kan het beter en vooral, hoe, zijn vragen die een antwoord verdienen.

In een federale staat zoals België worden bevoegdheden inderdaad verdeeld tussen het centrale, federale niveau en de deelstaten. Dat geldt ook voor fiscale bevoegdheden en de bevoegdheid om internationale verdragen te sluiten. Beide komen samen in dubbelbelastingverdragen en dat kruispunt vormt de kern van het doctoraal proefschrift van Rik Smet. Belgische gewesten en gemeenschappen hebben een uitgesproken en vergaande bevoegdheid om zelf verdragen te sluiten. In het bijzonder de gewesten hebben daarenboven een ruime belastingbevoegdheid. Zo spelen ze een belangrijke rol in de personenbelasting en mogen zij alleen bepaalde belastingen heffen, waaronder de schenk- en erfbelastingen en de onroerende voorheffing.

Wetende dat bijvoorbeeld de internationale mobiliteit van zowel vennootschappen als natuurlijke personen immer toeneemt, verbaast het niet dat dubbele belasting in meer en meer situaties om de hoek komt loeren. Om die reden werden en worden dubbelbelastingverdragen gesloten, maar de vraag rijst of het beleidsniveau dat de specifieke belasting mag heffen, ook de vermijding van internationale dubbele belasting mag regelen. Met andere woorden: mogen bijvoorbeeld Belgische gewesten, Duitse Länder, Canadese Provincies of Zwitserse kantons dubbelbelastingverdragen sluiten? Uit het onderzoek blijkt dat in een internationale context de Belgische gewesten – en gemeenschappen – over de meest vergaande verdragsbevoegdheden beschikken. En dat dit daarenboven vanuit een rechtstheoretisch oogpunt een voorbeeld is voor andere federale staten, die het op dat vlak alvast een stuk minder goed doen.

Een belangrijk onderdeel van dit proefschrift is gewijd aan hoe de Belgische dubbelbelastingverdragen tot stand komen. Niet enkel in theorie, maar ook in de praktijk. Want het zijn zogenaamd “gemengde” verdragen, waar ook de gewesten en gemeenschappen bij de totstandkoming ervan betrokken zijn en een bepaalde overeengekomen procedure moet worden gevolgd. Maar minstens even belangrijk is dat er voor de eerste keer een grondige analyse is gemaakt van welke artikelen van het OESO modelverdrag eigenlijk de belastingbevoegdheden van de gewesten en gemeenschappen betreffen. Want wat wordt er precies geregeld in die dubbelbelastingverdragen en hoe verhoudt zich dat tot de Belgische interne fiscale bevoegdheidsverdeling? Die analyse bracht toch enkele opmerkelijke conclusies aan het licht, die zowel relevant zijn voor de fiscale praktijk als voor de toekomst, en dus ook voor de fiscale praktijk in de toekomst.

In zijn proefschrift identificeert Rik een aantal mogelijke verbeterpunten voor de huidige gang van zaken. Dat is in het bijzonder relevant, omdat de inwerkingtreding van dubbelbelastingverdragen soms heel lang op zich laat wachten. In dat kader stelt Rik ook vast dat dubbelbelastingverdragen zich niet tot inkomstenbelastingen moeten beperken en dat het wel degelijk werkbaar is om nieuwe dubbelbelastingverdragen inzake onder meer erfbelastingen te kunnen sluiten. Meer zelfs, in het geval van Vlaanderen zou dat zelfs makkelijker en vlotter moeten kunnen verlopen dan een “klassiek” dubbelbelastingverdrag waar zowel federale overheid, gewesten en gemeenschappen uitdrukkelijk mee moeten instemmen.

De Belgische bevoegdheidsverdeling is in het algemeen een kluwen en dat is voor fiscaliteit niet anders. En aangezien de bevoegdheid om verdragen te sluiten in België afhangt van het onderwerp van het verdrag, strekt dat kluwen zich ook uit tot dubbelbelastingverdragen. In zijn proefschrift heeft Rik dit kluwen ontward en een aantal conclusies en aanbevelingen geformuleerd. Enkele van die conclusies zijn weinig bijzonder, maar andere zijn enerzijds onverwacht en anderzijds opvallend te noemen. Hopelijk worden enkele ervan opgepikt, zodat niet enkel de doorlooptijd voor de inwerkingtreding van dubbelbelastingverdragen korter wordt, maar ook dat de theoretisch wel degelijk goede Belgische regeling ook pragmatischer wordt en de Belgische economie en belastingplichtige ten goede komt. Want dat is toch één van de redenen waarom België dergelijk uitgebreid verdragennetwerk heeft uitgebouwd. Inmiddels stelt Rik deze specifieke expertise graag ter beschikking van het kantoor Tiberghien en haar cliënteel.

Op 23 juni 2020 verdedigde Rik Smet onder het promotorschap van prof. dr. Bruno Peeters en prof. dr. Anne Van de Vijver zijn proefschrift met als titel 'fiscale verdragsbevoegdheden in een federale staatsstructuur' met succes.

Tiberghien Brussels

Tour & Taxis

Havenlaan|Avenue du Port 86C B.419
BE-1000 Brussels

T +32 2 773 40 00

F +32 2 773 40 55

info@tiberghien.com

Tiberghien Antwerp

Grotesteenweg 214 B.4
BE-2600 Antwerp

T +32 3 443 20 00

F +32 3 443 20 20

info@tiberghien.com

Tiberghien Ghent

Esplanade Oscar Van de Voorde 1
BE-9000 Gent

T +32 9 216 18 00

info@tiberghien.com

Tiberghien Hasselt

Torenplein 7 B13.1
BE-3500 Hasselt

T +32 11 57 00 13

info@tiberghien.com

Tiberghien Luxembourg

23, Boulevard Joseph II
LU-1840 Luxembourg

T +352 27 47 51 11

F +352 28 66 96 58

info@tiberghien.com