Advocaten / Avocats / Lawyers

Home>News>Btw-aftrek voor gemengd gebruikte bedrijfsmiddelen - bedrijfswagens: nieuwe circulaire

donderdag, 17 december 2015

Btw-aftrek voor gemengd gebruikte bedrijfsmiddelen - bedrijfswagens: nieuwe circulaire

De btw-administratie heeft een circulaire gepubliceerd inzake btw-aftrek met betrekking tot gemengd gebruikte bedrijfsmiddelen (circulaire nr. 36/2015 van 23 november 2015). Deze circulaire is o.m. van belang voor de uitoefening van het recht op btw-aftrek inzake bedrijfswagens. Hoewel de circulaire in beginsel slechts de coördinatie betreft van een aantal voorheen gepubliceerde administratieve commentaren bevat zij ook een aantal nieuwe verduidelijkingen. 

Hierna wordt een beknopt overzicht gegeven van de belangrijkste nieuwe punten:

•    Bijkomende opties voor bedrijfswagens (randnummers 35 t.e.m. 38)

Wanneer een bedrijfswagen ter beschikking wordt gesteld van een personeelslid komt het vaak voor dat deze laatste de mogelijkheid heeft om bijkomende opties te vragen. Indien het personeelslid enkel voor deze opties moet betalen door middel van een éénmalige vergoeding bij aanvang van de terbeschikkingstelling en het nemen van bijkomende opties facultatief is, wordt aangenomen dat de terbeschikkingstelling van de bedrijfswagen onder kosteloze titel plaatsvindt. Dit betekent dat het recht op btw-aftrek slechts ten beloop van het beroepsmatig gebruik kan worden uitgeoefend. 

De circulaire verduidelijkt verder dat btw geheven van de opties volledig in aftrek kan worden gebracht (en dus niet onderworpen is aan de 50% aftrekbeperking van artikel 45 § 2 W.Btw) voor zover de prijs volledig wordt doorgerekend aan het personeelslid. Het spreekt voor zich dat er op deze doorrekening ook 21% btw moet worden aangerekend. 

•    Woon-werkverkeer (randnummers 98 t.e.m. 105)

Voor bestuurders die optreden in de hoedanigheid van natuurlijke persoon wordt het traject van hun woonplaats naar de maatschappelijke zetel van de vennootschap waarin zij een bestuurdersmandaat uitoefenen, aangemerkt als woon-werkverkeer. Wanneer de maatschappelijke zetel van de vennootschap en de woonplaats van de bestuurder echter samenvallen, dan is er geen woon-werkverkeer.

Voor bestuurders die de hoedanigheid hebben van btw-belastingplichtigen (i.e. alle bestuurders-rechtspersonen met ingang van 1 april 2016), wordt het traject dat zij verrichten naar de zetel van de vennootschap waarin zij een bestuurdersmandaat uitoefenen niet aangemerkt als woon-werkverkeer. 

•    Handelsvertegenwoordigers (randnummer 109)

Wanneer een bedrijfswagen ter beschikking wordt gesteld aan een werknemer waarmee een arbeidsovereenkomst van handelsvertegenwoordiging werd gesloten en er een beroep wordt gedaan op methode 1 (rittenadministratie), wordt aanvaard dat er minstens 50% beroepsmatig gebruik is, zonder dat dit verder moet worden gestaafd. 

•    Bijkomende voorwaarde voor toepassing methode 2 en 3 ter bepaling beroepsmatig gebruik (randnummers 117, c en 121, c)

Om toepassing te kunnen maken van methode 2 (semi-forfait op basis van afstand woon-werkverkeer) of methode 3 (forfait van 35%) dient men te voldoen aan een bijkomende voorwaarde. Het voertuig moet met name daadwerkelijk als werkinstrument of exploitatiemiddel worden gebruikt in het kader van de economische activiteit. Voertuigen die slechts onbeduidend (occasioneel of toevallig) worden gebruikt voor beroepsdoeleinden dienen dus noodgedwongen het beroepsmatig gebruik vast te stellen op basis van methode 1 (rittenadministratie). 

Er is sprake van een onbeduidend beroepsmatig gebruik als het voertuig minder dan 10% beroepsmatig wort gebruikt. Dit is een feitenkwestie die de administratie geval per geval zal beoordelen. Er wordt voorzien in de mogelijkheid om hierover een akkoord te sluiten met het bevoegd btw-controlekantoor. 

! Let wel, er is een belangrijke uitzondering. Deze voorwaarde geldt niet voor de bedrijfswagens die aan werknemers ter beschikking worden gesteld in het kader van het loonbeleid van een onderneming. Wanneer er bedrijfswagens worden ter beschikking gesteld door een onderneming aan haar werknemers wordt er vanuit gegaan dat er steeds minimum 10% beroepsmatig gebruik is. Dit moet m.a.w. niet expliciet bewezen worden.

•    Bepaling van de gemiddelde normale waarde (randnummers 162 t.e.m. 165)

Btw geheven van voertuigen, die tegen vergoeding ter beschikking worden gesteld van werknemers, kan ten beloop van 50% in aftrek worden gebracht. Er dient echter wel btw te worden geheven van de vergoeding die aan het personeelslid wordt aangerekend. Deze vergoeding mag niet lager zijn dan de normale waarde. De berekeningsmethode ter bepaling van de normale waarde is verschillend naargelang de bedrijfswagen werd aangekocht of gehuurd en wordt nader toegelicht in randnummers 41 t.e.m. 46 van beslissing nr. E.T. 119.650/3 van 11 december 2012. 

In beginsel dient de onderneming jaarlijks per autovoertuig de normale waarde te berekenen. Voor ondernemingen met een groot wagenpark was dit in de praktijk zeer moeilijk. Hieraan wordt nu tegemoet gekomen door te voorzien in een vereenvoudigingsmaatregel die toelaat om een gemiddelde normale waarde te berekenen. Deze gemiddelde normale waarde kan dan vergeleken worden met de vergoedingen die per voertuig worden aangerekend aan de personeelsleden. Indien de normale waarde hoger is, dient btw afgedragen te worden op de normale waarde in plaats van op de vergoeding die effectief werd aangerekend.

•    Terbeschikkingstelling van een tankkaart zonder bedrijfswagen (randnummer 140)

Indien enkel een tankkaart ter beschikking wordt gesteld van een personeelslid en geen bedrijfswagen, kan men geen beroep doen op één van de methoden ter bepaling van het beroepsmatig gebruik voor vervoermiddelen, noch op het forfait voor andere roerende goederen dan vervoermiddelen (i.e. 75%). In dergelijk geval wordt het beroepsmatig gebruik vastgesteld op basis van de feitelijke omstandigheden onder toezicht van de administratie. De 50% aftrekbeperking zoals voorzien door artikel 45, § 2 W.Btw wordt daarentegen wel geacht door te werken op deze situatie. 

•    Lot van de inzake beroepsgebruik gesloten akkoorden (randnummer 86)

Individuele akkoorden inzake de bepaling van het beroepsmatig karakter blijven in principe van kracht tenzij uit de concrete feitelijke omstandigheden blijkt dat de verhouding beroepsgebruik / privégebruik niet overeenstemt met het gesloten akkoord. Het akkoord is daarenboven in beginsel slechts van toepassing op goederen en diensten waarover de belastingplichtige reeds beschikte op het tijdstip waarop het akkoord werd gesloten tenzij het akkoord een ruimere draagwijdte in de tijd heeft. 


Voor bijkomende vragen kan u terecht bij het Btw-team:
Stijn Vastmans - Vennoot (stijn.vastmans@tiberghien.com)
Stein De Maeijer - Associate (stein.demaeijer@tiberghien.com)
Gert Vranckx - Associate (gert.vranckx@tiberghien.com)
David Verbeke - Associate (david.verbeke@tiberghien.com)

 
Tiberghien Brussels

Tour & Taxis

Havenlaan|Avenue du Port 86C B.419
BE-1000 Brussels

T +32 2 773 40 00

F +32 2 773 40 55

info@tiberghien.com

Tiberghien Antwerp

Grotesteenweg 214 B.4
BE-2600 Antwerp

T +32 3 443 20 00

F +32 3 443 20 20

info@tiberghien.com

Tiberghien Ghent

Esplanade Oscar Van de Voorde 1
BE-9000 Gent

T +32 9 216 18 00

info@tiberghien.com

Tiberghien Hasselt

Torenplein 7 B13.1
BE-3500 Hasselt

T +32 11 57 00 13

info@tiberghien.com

Tiberghien Luxembourg

23, Boulevard Joseph II
LU-1840 Luxembourg

T +352 27 47 51 11

F +352 28 66 96 58

info@tiberghien.com